Hun of hen |
|
Het onderscheid tussen hun en hen schijnt door P.C. Hooft geïntroduceerd te zijn. Hij stelde voor, hun voor de derde en hen voor de vierde naamval te gebruiken. In schrijftaal is dit onderscheid nog steeds gewenst.
+ De docent gaf hun de gecorrigeerde teksten terug. "hun" is meewerkend voorwerp, zonder voorzetsel.
+ De docent gaf de gecorrigeerde teksten aan hen terug. "hen" is meewerkend voorwerp, maar met een voorzetsel: "aan".
- De docent gaf de gecorrigeerde teksten aan hun terug. "hun" is meewerkend voorwerp, maar met een voorzetsel, dus moet het hen zijn.
+ De docent hoonde hen. "hen" is lijdend voorwerp. - Hun hebben daar geen antwoord op. |
|
|